Bewijs witwassen

5.1 FATF typologieën ‘(aanwijzing witwassen’, 2005A002 + MvT 27159 nr 3, p. 9)

Voor het bewijs van witwassen wordt dikwijls gebruik gemaakt van de ‘typologieën’ van witwassen (vgl. FATF XI, Report on Money Laundering Typologies 1999-2000, 3 februari 2000, aangeboden aan de Tweede Kamer bij brief van 24 februari 2000, FIN 00-171).
Per ‘typologie’ zullen de onderzoeksbevindingen te dien aanzien worden vermeld.

• De afwezigheid van een aannemelijke legale herkomst van het geld;
  bijv. uit gegevens van de belastingdienst blijkt dat er onvoldoende legale inkomsten zijn om de vaste lasten te kunnen betalen.
  Het hebben van een uitkering, weinig bestedingsruimte;
• Handel in verdovende middelen genereert enorme winsten in diverse valuta in contanten en in kleine coupures;
  Aantreffen groot bedrag in contanten
• Het hebben van antecenten voor opiumwetgeving;
• Het niet gebruiken van het normale gangbare financiële verkeer (bank – giro);
  Verdachte verklaarde dat banktransacties in zijn branche niet gebruikelijk zijn. Daarnaast verklaarde hij echter ook dat hij geld heeft verdiend met de handel in weed.
  (Zie PV verhoor verdachte 2015203626-16, blz. 63)
• Het accepteren van ongebruikelijke risico’s, o.a. grote bedragen bewaren in de woning (diefstal, geen verzekering);
• Het kennelijk afdekken van deze risico’s’ door het voorhanden hebben van een vuurwapen;
• Het weigeren de identiteit van de eigenaar van het geld te geven;